Eddy Planckaert geniet enorm van het domein rond zijn kasteel in Frankrijk. “De omgeving is mooi, hé!” klinkt het niet zonder trots bij de pater familias van de Planckaerts in gesprek met Primo. Al stelt er zich één probleem…
“Kijk eens, dat moet ik hier allemaal onderhouden. Dat is veel werk, mannekes toch. Maar ik doe dat graag”, klinkt het eerlijk bij Eddy. “Mijn ervaring als hovenier helpt mij.” Eén ding mogen we immers niet vergeten…
“Je weet dat ik voor ik begon te koersen bij een tuinman gewerkt heb, die handigheid verlies ik nooit. Ik ben opgegroeid als een half boerke”, lacht Eddy Planckaert in Primo. “Gelukkig kunnen we alles hier zelf doen, anders konden we dat niet financieren. En ik heb hier al mijn materiaal, mijn tractoren.” Waaraan denkt Eddy zoal als hij op die tractor zit?
“Ik amuseer me in ieder geval kapot. Maar pas op, als je op zo’n tractor zit en het is meer dan 30 graden, dan druipt het zweet van je gezicht. Geen lolleke, hoor!” benadrukt Eddy Planckaert in het weekblad. En dan weet de familie één ding maar al te goed…
“Maar goed: als ik werk, dan werk ik. Dan moeten ze mij gerust laten. Dan heb ik geen vijf minuten tijd, voor niemand. Dan is het van ‘sorry, gasten’. Als ik het gras afrijd, dan moet dat gedáán zijn. Eerst dát, daarna de rest.” Hoe gaat de rest daarmee om?
“Dat wringt wel eens met de rest van de bende. Die zeggen dan: ‘Doe morgen verder.’ Maar dan antwoord ik: ‘Néén, nu!’” lacht Eddy Planckaert in Primo dat hij wel eens voor frustraties zorgt bij de overige Planckaerts.